Skip to main content

Vermogensplanning in het licht van het Vlaams regeerakkoord 2024

Op basis van het Vlaams regeerakkoord komen er belangrijke wijzigingen aan die uw vermogensplanning kunnen beïnvloeden.

Hierbij een kort overzicht op basis van de huidige berichtgeving hieromtrent.

1. Verlenging risicoperiode niet-geregistreerde schenkingen


De risicoperiode op niet-geregistreerde schenkingen wordt opgetrokken van 3 jaar naar 5 jaar, vanaf 1 januari 2025.

Onder niet-geregistreerde schenkingen worden begrepen: bankgiften, handgiften, kwijtscheldingen van schuld, inbreng ten behoeve van een derde, …. Bij deze schenkingen zit het gevaar erin dat als de schenker plots komt te overlijden binnen eerder vermelde risicoperiode en het dus niet mogelijk was om de gift nog snel spontaan ter registratie aan te bieden, de begiftigde alsnog erfbelasting verschuldigd zal zijn over de verkregen waarde. Dit kan voor de betrokken partijen een flinke streep door de rekening vormen aangezien de tarieven erfbelasting in voorkomend geval veel hoger zullen zijn dan het tarief schenkbelasting dat verschuldigd zou zijn geweest indien men de gift onmiddellijk had laten registreren en taxeren (in rechte lijn en tussen partners max. 27 % erfbelasting in plaats van 3% schenkbelasting).

Deze verlenging zal in werking treden voor schenkingen vanaf 1 januari 2025. Voor schenkingen van vóór 1 januari 2025 blijft de huidige termijn van drie jaar gelden. Vanuit die optiek is het belangrijk dat een reeds uitgevoerde niet geregistreerde schenking een zogenaamde semi-vaste datum heeft, die als bewijs dient voor het moment van de schenking.
 

2. Registratierechten enige en eigen woning


Er komt een verlaging van de registratierechten voor de enige eigen woning van 3% naar 2 % vanaf 1 januari 2025.
 

3. Verlaging tarief erfbelasting bij kleine en middelgrote nalatenschappen


De Vlaamse regering wil de belastbare schijven bij erfenissen verhogen zoals hierna schematisch weergegeven.

4. Gunstregime familiale vennootschappen en ondernemingen

Deze regeling blijft (voorlopig) behouden. Er is wel bijzondere aandacht vereist voor vennootschappen met privévastgoed (= onroerende goederen ‘zonder economische functie’ of ‘voor bewoning bestemd’). Wellicht wordt privévastgoed uitgesloten van dit fiscaal gunstregime.

5. Private Stichtingen

Er zijn plannen om het oneigenlijk gebruik van Private Stichtingen aan te pakken door het begrip ‘belangeloos doel’ strenger te definiëren. Dit heeft geen impact op Stichtingen die als administratiekantoor functioneren.