Het ‘doorontwikkeld horizontaal toezicht’ (DHT) van de Belastingdienst is een aangescherpte en verfijnde versie van het oude horizontaal toezicht, dat voor minder belastingplichtigen toegankelijk is én beter benoemt welke inspanningen worden verlangd van deelnemende organisaties. Met name het Tax Control Framework vereist in veel gevallen (hernieuwde) aandacht. En in samenhang met DHT is het ook zinvol om na te denken over de impact van het controlebeleid van de Belastingdienst voor belastingplichtigen die in een “verticale” relatie met de Belastingdienst werken.
Met Doorontwikkeld Horizontaal Toezicht wil de Belastingdienst onder andere capaciteit vrijspelen voor zijn controlerende taak. Voor belastingplichtigen die wel aan DHT deelnemen geldt dat een aantal voorwaarden voor horizontaal toezicht explicieter zijn dan voorheen, en ook zijn gestandaardiseerd. Vooral voor belastingplichtigen die in de afgelopen jaren niet hebben gedaan wat onder horizontaal toezicht wel de bedoeling is, betekent dat dat zij nu een inhaalslag moeten maken. Dat ziet doorgaans op het vastleggen en delen van de strategie, het beoogde risicoprofiel, de tax policy, de risk assessment met de gewenste risk responses, en het monitoringplan om de effectiviteit van het TCF vast te stellen. Allemaal zaken die onder HT ook al uitgewerkt werden, maar waarvan in de praktijk is gebleken dat niet elke belastingplichtige met HT dat werkelijk heeft gedaan. Waar dat bewust niet werd gedaan wordt wel gesproken over de “free riders”. Groter is de groep die er ondanks goede intenties niet of niet geheel in is geslaagd om deze zaken allemaal uit te werken en consistent toe te passen. Zij maken nu de inhaalslag.
Organisaties die niet voor DHT in aanmerking komen, of die ervoor kiezen er niet aan deel te nemen, zullen vaker dan voorheen te maken krijgen met steekproefsgewijze controles. Deze organisaties zullen meer werk moeten maken van hun tax control framework.
Opens in new window