Met extern kapitaal wordt het aantrekken van een investeerder die in ruil voor zijn investering aandelen verwerft in het bedrijf bedoeld. Het is slechts één van de vele mogelijke externe financieringsmethodes. Deze kunnen herleid worden tot drie types: (i) participatie in het kapitaal of eigen vermogen (=extern kapitaal), (ii) toekennen van een lening (eventueel onder de vorm van een obligatie) en (iii) hybride vormen van externe financiering zoals een mezzanine lening of converteerbare obligaties.
De garanties/waarborgen die de externe financier vraagt, verschillen per type en zijn gelinkt aan het risico dat de financier op zicht neemt. Hetzelfde geldt voor wat betreft het verwachte rendement. In algemene termen is de externe financiering via participatie in het kapitaal of het eigen vermogen de meest risicovolle financieringsvorm voor de investeerder, aangezien de aandeelhouders laatste in rang zijn wanneer het misloopt. De investeerder zal dan ook een grotere controle en meer rechten wensen zodat hij een grotere invloed kan uitoefenen op de strategie.
Het extern kapitaal kan verschaft worden door verschillende partijen:
het grote publiek, meestal via een beursnotering.
een business angel; dit is een particulier die een deel van zijn vermogen investeert in bedrijven.
investeringsfondsen opgericht door de overheid.
private investeringsfondsen, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen ‘Venture capital’ (gericht op jonge ondernemingen in de start-up fase) en ‘Private Capital’ (gericht op mature bedrijven).
Het aan boord halen van extern kapitaal kan kaderen in de wens om een deel van de waarde van het bedrijf te realiseren, bijvoorbeeld door een deel van de aandelen te verkopen. In dit geval komt het extern kapitaal toe aan de vroegere aandeelhouder en niet aan het bedrijf zelf.
Vaak zal het evenwel de bedoeling zijn om bijkomende middelen ter beschikking te stellen van het bedrijf zelf, via de uitgifte van bijkomende aandelen. Dit kan gebeuren in functie van verdere groei of opschaling, maar ook in functie van een relanceplan.
Aangezien de investeerder aandelen verwerft, moeten deze bijkomende middelen door het bedrijf niet worden terugbetaald. Evenmin moet er een interest worden betaald. Daarentegen verwacht de investeerder een meerwaarde op middellange of lange termijn, en soms ook een dividendrendement.
Externe investeerders brengen vaak ook een groot netwerk en/of een bepaalde kennis met zich mee om de onderneming te ondersteunen. Denk aan digitalisering, innovatie, bepalen van de strategie, opstellen van business plan, enz.
Het aantrekken van extern kapitaal houdt in de meeste gevallen in dat de bestaande aandeelhouders zullen inboeten op vlak van beslissingsbevoegdheden en rekening zullen moeten houden met een bijkomende aandeelhouder. Bovendien kan de door de externe investeerder verwachte meerwaarde op termijn een druk creëren om gewenste resultaten/groei te realiseren.
Aandeelhoudersafspraken zijn een must wanneer een bijkomende aandeelhouder aan boord komt. Deze kunnen in de statuten en/of een aandeelhoudersovereenkomst vastgelegd worden. Klassieke afspraken betreffen de samenstelling en werking van het bestuursorgaan, wijzigingen en overdrachtsmogelijkheden in de aandeelhoudersstructuur en de dividend- en investeringspolitiek.
Het aantrekken van extern kapitaal is geen lichtzinnige beslissing en dient afgewogen te worden tegen andere vormen van externe financiering. Eén van de overwegingen die daarbij zal meespelen is de vraag tot welke externe financieringsmogelijkheden het betrokken bedrijf concreet toegang heeft en of er terugbetalingscapaciteit is.
Benieuwd of extern kapitaal zinvol is voor uw bedrijf? Neem gerust contact met ons op!