Duurzaamheidsverplichtingen 2025 – 2030

EPC niet-residentieel: algemene verplichting

Sinds 2023 is een EPC verplicht bij notariële eigendomsoverdracht, erfpacht, opstal en verhuur. Dit attest geeft inzicht in de energieprestaties van een gebouw en mogelijke verbeteringen. Afhankelijk van de hoofdbestemming wordt per gebouweenheid een EPC residentieel, niet-residentieel (EPC NR) of klein niet-residentieel (EPC kNR) opgesteld. 

Vanaf 1 januari 2025 geldt een algemene EPC-verplichting voor alle grote niet-residentiële gebouwen met een bruikbare vloeroppervlakte van meer dan 1.000 m², ongeacht overdracht of verhuur. In 2026 volgen de grote niet-residentiële gebouwen tussen 500 m² en 1.000 m² en vanaf 2030 de kleine niet-residentiële gebouwen (max. 500 m²).

Wie niet voldoet, riskeert een boete tot € 5.000. Het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) kan een nieuwe termijn opleggen om alsnog een EPC NR op te maken. De verplichting ligt bij de eigenaar, opstalhouder of erfpachter. Werkplaatsen en industriële gebouwen vallen buiten de regeling.

Renovatieplicht: minimaal energielabel

Sinds 2022 moeten niet-residentiële gebouweenheden binnen vijf jaar na een notariële eigendomsoverdracht, erfpacht of opstal voldoen aan een minimaal maatregelenpakket (dakisolatie, beglazing, verwarming en koeling) én energielabel E behalen (minimaal 5% hernieuwbare energie). In elk geval moeten zij, ongeacht overdracht, dit minimaal energielabel behalen tegen uiterlijk 1 januari 2030.

Sinds 2023 geldt er een renovatieverplichting voor residentiële gebouweenheden. In het Vlaams regeerakkoord werd een versoepeling aangekondigd: energielabel D volstaat, het verstrengingspad (vanaf 2028) vervalt en de uitvoeringstermijn wordt verlengd tot zes jaar. De wetgeving wordt nog aangepast.  

Vanaf 2030 moeten huurwoningen minimaal energielabel E (open/halfopen) of D (rijwoning/appartement) behalen, met verdere verstrenging in 2035 en 2040. Niet-conforme woningen mogen niet meer verhuurd worden.

Niet voldoen aan de verplichtingen kan leiden tot boetes tot € 200.000 (€ 5.000 voor residentieel vastgoed). Vrijstelling is er niet; het VEKA legt meteen een nieuwe termijn op. De verplichting ligt bij de eigenaar, opstalhouder of erfpachter.

PV-verplichting grootverbruikers (*)

Gebouwen met een EAN-afnamepunt waar jaarlijks  meer dan 1 GWh wordt afgenomen, moeten uiterlijk 30 juni 2025 (of binnen vier jaar na overschrijding) zonnepanelen in dienst nemen met een minimale capaciteit van 12,5 Wp/m² horizontale dakoppervlakte, oplopend naar 18,75 Wp/m² in 2030 en 25 Wp/m² in 2035. De verplichting ligt bij de eigenaar, opstalhouder of erfpachter, met een niet-bevrijdende boete van € 400 per ontbrekende kWp.

Plaatsing van de zonnepanelen gebeurt op daken, aan de gevels van deze gebouwen of elders op de site binnen de toegelaten categorieën. Installatie op een andere site kan louter via een directe lijn binnen de toegelaten categorieën. Onder bepaalde voorwaarden kan ook gekozen worden om de zonnepanelen op een ander eigendom te plaatsen, een windturbine of warmte-krachtinstallatie (WKK) op biomassa of biogas te plaatsen of om te participeren in een nieuwe groenestroominstallatie.

Recent verklaarde de Vlaamse regering extra flexibiliteit te willen inbouwen, zoals uitstel voor lopende bestellingen en vergunningaanvragen vóór 30 juni 2025 en meer alternatieven, waaronder warmtepompen, zonnecollectoren en zonnespiegels. De Raad van State brengt hier binnenkort advies over uit, waarna de Vlaamse regering een definitieve beslissing zal nemen.

Daarnaast onderzoekt de Vlaamse regering de mogelijkheid om de verplichting  uit te breiden naar solar-carports op grotere parkeerterreinen (meer dan 1.500 m²), zoals in Frankrijk, om zonne-energie te stimuleren en bijkomende laadmogelijkheden te creëren.

De deadlines naderen snel. Dit is hét moment om uw vastgoed kritisch te bekijken. Voorkom boetes en maak strategische keuzes: renoveren, herinvesteren of verkopen. Neem contact op voor een grondige analyse van uw situatie.

_{(*) PV = Photo Voltaic}